Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Deze Ezra toog op uit Babel; en hij was een vaardig [4]schriftgeleerde in de wet van Mozes, die de HEERE, de God Israels, gegeven heeft; en de koning gaf hem, [5]naar de hand des HEEREN, zijns Gods, over hem, al zijn verzoek. 4. Hebreeuws, schrijver; waardoor verstaan wordt een, die in de Heilige Schrift zeer geoefend en een leraar of meester is, of geacht wordt. Hetzelfde woord wordt ook dikwijls in het Nieuwe Testament gebruikt; zie onder, vs.11,21; Jer.8:8. Vergelijk Ps.45:2. 5. Dat is, dewijl de Heere met hem was en zijn voornemen zegende, besturende de zaken door zijn goddelijke voorzienigheid, naar zijn wens. Vergelijk vs.9.